Veelgestelde vragen

Heb je een vraag voor ons? Misschien vind je het antwoord wel in de veel gestelde vragen hieronder. Of maak gebruik van de zoekfunctie om snel de juiste info terug te vinden.

Helpt onderstaande informatie jou niet verder? Dan staan onze medewerkers van het contactcenter graag voor jou klaar. Stel jouw vraag online of bel ons op het nummer 03 450 45 45 (elke werkdag van 8u00 tot 19u00).

Werken in jouw buurt

Zullen de werken volgens het vooropgestelde tijdschema verlopen?

Het bestek, waarin de uitvoering van de werken gedetailleerd wordt beschreven, legt de aannemer een strikt tijdschema op. De duur van de werken wordt uitgedrukt in werkdagen, weekends en werkonderbrekingen door slecht weer niet inbegrepen. Door onverwachte omstandigheden zoals vrieskou, aanhoudende regen, een hoge grondwaterstand of slechte ondergrond, kan het gebeuren dat de werken tijdelijk moeten worden stilgelegd. In dat geval brengen Aquafin of de aannemer de omwonenden hiervan zo snel mogelijk op de hoogte.                                                                                             

Zal ik steeds met mijn auto tot aan mijn garage kunnen rijden?

Voor de uitvoering van specifieke werken kan dat tijdelijk onmogelijk zijn, bijvoorbeeld voor de aanleg van klinkers of greppels, of op het moment dat er vlak voor de deur buizen worden gelegd of wanneer beton moet uitharden. In dat geval verwittigt de aannemer je vooraf.

Blijft mijn woning bereikbaar voor openbare diensten zoals postbedeling en vuilophaling?

Bpost wordt geïnformeerd over de geplande werken. Met de verantwoordelijken voor de ophaling van de vuilniszakken worden de nodige afspraken gemaakt om deze diensten tijdens de werken te verzekeren.

Wel zijn er kleine veranderingen of aanpassingen tijdens de werken mogelijk (bv. andere data voor de ophaling van vuilnis). Hierover krijgt je concrete informatie. Er wordt ook voor gezorgd dat alle basis diensten zoals water, elektriciteit, gas en telefonie beschikbaar blijven. Eventueel worden bushaltes tijdelijk verplaatst.

Op welke punten hebben we als bewoners inspraak?

Bij de aanvang van collectorwerken krijg je concrete informatie over het traject, de timing en de fasering van de werken. Er wordt meestal ook een infoavond georganiseerd waarop de werken toegelicht worden. Op dat moment kan je jouw bekommernissen in verband met hinder tijdens de werken kenbaar maken. In de mate van het mogelijke wordt hiermee dan rekening gehouden.

Een grondige wijziging is in de uitvoeringsfase niet meer mogelijk. In de ontwerpfase bestudeerde Aquafin verschillende trajecten die technisch en economisch haalbaar waren. Voor elk mogelijk traject werd bovendien de impact op het milieu en de mogelijke hinder voor bewoners, instellingen, bedrijven, handelszaken en dienstverlening nagegaan. Hierover werd intensief overleg gevoerd met verschillende administraties, adviesstructuren en het gemeentebestuur.

Aquafin houdt bij de keuze van het tracé rekening met maatschappelijke, economische en ecologische factoren. Om die reden kan een gekozen tracé soms niet evident lijken, bijvoorbeeld om waardevol natuurgebied te sparen.
 

Kan ik een plaatsbeschrijving laten opstellen?

Aquafin stelt geen plaatsbeschrijvingen op voor zijn projecten. Een plaatsbeschrijving voorkomt immers geen schade en heeft geen enkel beschermend karakter tegen het ontstaan van schade. Het is bovendien slechts een momentopname met een beperkte beschrijving van de toestand van een pand. Goede plaatsbeschrijvingen kunnen namelijk enkel opgesteld worden indien de woning leeg staat en niet voorzien is van enige vloer-, muur- en/of plafondbekleding (behang, vast tapijt, houten latten enz.). Om een volledige plaatsbeschrijving te maken zou het bijvoorbeeld nodig zijn om behang af te scheuren en vaste vloerbekleding en valse plafonds los te maken om de toestand eronder te kunnen vaststellen. Dat is in de praktijk uiteraard niet uitvoerbaar. Plaatsbeschrijvingen opgesteld onder andere voorwaarden kunnen geen eenduidig beeld geven van de toestand van een pand.

Het bestaan van een plaatsbeschrijving geeft bovendien geen garantie op een schadevergoeding. De geclaimde schade en het oorzakelijk verband tussen de schade en de in opdracht van Aquafin uitgevoerde werken moet altijd bewezen worden. Aquafin maakt dus geen plaatsbeschrijvingen (noch voor, tijdens of na de werken). We ondertekenen ook geen plaatsbeschrijvingen opgesteld in opdracht van de anderen. Ook de aannemer en het studiebureau kunnen dit niet doen.

Zullen de straten langs het tracé van de werken bereikbaar blijven?

Waar mogelijk worden de werken gefaseerd uitgevoerd. De straten worden dan deel per deel opengebroken én aaneensluitend afgewerkt met een voorlopige verharding (bv. een extra laag steenslag) of door het aanbrengen van een tijdelijke overbrugging. Zo wordt op zijn minst een gedeeltelijke bereikbaarheid van de straat verzekerd. Voor een kwaliteitsvolle uitvoering van de werken heeft de aannemer soms wat speling in tijd nodig om de juiste machines te kunnen inzetten of op de levering van materiaal te wachten.

Het bestek, waarin de werken volledig beschreven worden, verplicht de aannemer om te zorgen dat elke woning toegankelijk blijft voor voetgangers. Wanneer de werken vlak voor de deur plaatsvinden, worden afspraken gemaakt over de bereikbaarheid van de woning. Dit gebeurt door het uitvlakken van hoogteverschillen (bv. met een extra lading zand) of door het aanbrengen van een tijdelijke overbrugging. Het is mogelijk dat de woningen niet bereikbaar zijn met de auto, bijvoorbeeld om een betonverharding te laten drogen. In dat geval zal je vooraf door de aannemer worden verwittigd.

In samenwerking met het gemeentebestuur en Aquafin plant de politie tijdens de werken de nodige omleidingen voor het verkeer. Hierbij gaat speciale aandacht naar de bereikbaarheid van handelszaken en dienen veilige toegangswegen voor fietsers en voetgangers gewaarborgd te blijven. De omleidingen worden tijdens het verloop van de werken waar nodig aangepast. De aannemer is op elk moment verantwoordelijk voor het correct aanbrengen van een duidelijke verkeerssignalisatie.

Is mijn huis bestand tegen wisselingen in de grondwaterstand en de trillingen van zware machines?

Aquafin laat vóór de werken de stabiliteit van de ondergrond en het peil van het grondwater onderzoeken. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt gezocht naar de meest geschikte techniek. De gedragscode tussen Aquafin, de aannemers en hun vertegenwoordigers vermeldt uitdrukkelijk dat de aannemer het materieel dat hij gebruikt moet aanpassen aan de lokale omgeving en de omvang van de opdracht. De aandacht gaat hierbij naar de grootte van het materiaal, het voorkomen van geluidshinder en trillingen, de wendbaarheid van de machines en mogelijke risico’s voor de eigen dommen ten gevolge van het oppompen van grondwater.

Kan mijn kelder onder water komen te staan?

Oude rioleringen verkeren vaak in een slechte staat en vertonen tal van lekken. Langs deze openingen kan er grondwater binnensijpelen, waardoor de rioolbuis het grondwater draineert. Bij kelders die niet voldoende waterdicht zijn, voorkomt dit drainerend effect dat er water in komt te staan. Maar het is niet de bedoeling dat een riool grondwater draineert en naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie afvoert. Via een lekkende riolering sijpelt bovendien afvalwater in de bodem en in het grondwater. Het is dus noodzakelijk lekkende rioleringen door nieuwe rioolbuizen te vervangen, maar dit kan inderdaad het grondwaterpeil beïnvloeden. Het is dan ook belangrijk om te allen tijde als een goede huisvader te zorgen voor een waterdichte kelder. Tijdens het ontwerp van het project wordt onderzocht of de geplande werken invloed hebben op de grondwaterhuishouding. Indien nodig worden er aangepaste maatregelen genomen tijdens de uitvoering van het project.

Wat als de werkzone op mijn perceel niet correct werd hersteld?

Wanneer Aquafin op jouw terrein gronden inneemt voor de aanleg van leidingen, gebeurt dat via een onderhandelaar. De aannemer is verantwoordelijk voor de uitvoering van de werken en het degelijk herstel van de werkzone op jouw terrein. Als de werken niet werden uitgevoerd zoals eerder met de onderhandelaar van Aquafin was besproken, meld je dit het best aan hem/haar, of aan de aannemer vóór het einde van de werken.

Waarom mag men drie weken lang niet over een betonverharding of nieuw aangelegde klinkers rijden?

De betonfundering moet eerst uitharden. Beton bereikt zijn definitieve sterkte pas na maximum 28 dagen. We tellen 1 week voor de aanleg, en dus nog maximum 3 weken om het beton verder te laten rusten. Als die tijd niet wordt gerespecteerd, gaat het beton barsten en gaan er zich na enkele weken of maanden verzakkingen voordoen.

Waarom wordt er na de eerste asfaltlaag niet verder gewerkt tot alle asfaltverharding aangelegd is?

De werken gebeuren in verschillende fases. Eerst wordt de riolering gelegd, dan de asfaltonderlaag. Met de toplaag wordt vaak gewacht tot alle andere werken uitgevoerd zijn, om geen naden in het wegdek te hebben.

Het is ook efficiënter om de klinkers van de voetpaden en parkeerstroken te leggen, als de toplaag er nog niet ligt. Dat werkt beter. Als de asfaltonderlaag is uitgehard, mag het plaatselijk verkeer erover rijden. Het blijft wel uitkijken voor uitstekende putdeksels, die al op de hoogte van de toplaag liggen.

Waarom wordt er geen asfalt gelegd als het koud is of regent?

Koude heeft een negatief effect op de kwaliteit van het asfalt. Afhankelijk van het soort asfalt, moet de temperatuur hoger liggen dan 5°C of zelfs 10°C. Anders gaat het asfalt te snel uitharden en wordt het korrelig. Zo kunnen er putten in de weg ontstaan.
Asfalt is een film die op de weg wordt gelegd. Als het regent, koelt die film aan de buitenkant te sterk af, waardoor er onvoldoende binding is met de ondergrond.

Waarom wordt er geen beton gelegd als het koud is?

Beton leggen gaat moeilijk bij temperaturen van minder dan 5°C. In beton zit water. Als dat bevriest, verbreekt het de betonstructuur. De aannemer mag wel beton leggen als hij speciale maatregelen neemt, die goedgekeurd zijn door de leidend ingenieur van het studiebureau.

Waar kan ik tijdens de werken voor informatie terecht?

De werftoezichter is het eerste aanspreekpunt van de omwonenden tijdens de uitvoering van de werken. Hij/zij is dikwijls aanwezig op de werf of in de werfkeet te vinden. De werftoezichter staat in voor de naleving van de gedragscode tussen Aquafin en de aannemer. De afspraken in deze code stellen een goede verstandhouding met de buurt centraal.

Voor de omwonenden en handelaars kan het lonend zijn om zich te laten vertegenwoordigen door één contactpersoon die als spreekbuis optreedt voor de hele buurt. Wekelijks houden alle technische partners (Aquafin, studiebureau, aannemer, gemeente, ...) een werfvergadering. Voor of na deze vergadering kan tijd worden vrijgemaakt om klachten, eventuele schadegevallen en de planning van de werken te bespreken. Zo wordt veel wrevel voorkomen en worden kleine problemen ter plaatse opgelost.
Als tijdens de werken het werkschema moet worden gewijzigd (bv. stilleggen van de werken omwille van het weer of omwille van de veiligheid, onderbreking van stroom, water, …), dan brengen Aquafin of de aannemer de omwonenden hiervan per brief op de hoogte.

Ik wil verhuizen of verbouwen tijdens de werken. Is dat mogelijk?

Je laat de aannemer ten laatste één week vooraf weten wanneer de verhuiswagen komt of wanneer je bijvoorbeeld een belangrijke levering verwacht. De aannemer kan hier dan in de mate van het mogelijke rekening mee houden in zijn weekplanning.

Waarom een onteigeningsprocedure?

Jaarlijks krijgt Aquafin van het Vlaamse Gewest de opdracht om een pakket projecten uit te voeren, die allemaal samen bijdragen tot de realisatie van de Europese Kaderrichtlijn Water en/of de optimalisatie van het integraal waterbeheer in Vlaanderen. Aquafin start voor elk project een dossier, waarbij alle mogelijke scenario’s bekeken worden die eenzelfde projectdoelstelling mogelijk maken, bijvoorbeeld het aansluiten van alle woningen in een dorpskern op het waterzuiveringsnetwerk. Al deze scenario’s worden onderzocht op hun ecologische, economische en maatschappelijke haalbaarheid. Eens een scenario gekozen is, starten de onderhandelingen voor het verwerven van de nodige gronden.

Alles over de wettelijke onteigeningsprocedure

Hoe verloopt een onteigeningsonderzoek?

Voor de inname van onbebouwde percelen, organiseert het gemeentebestuur het bijhorend openbaar onderzoek. Dat betekent dat de gemeente alle betrokken eigenaars en gebruikers verwittigt per aangetekend schrijven. De eigenaars en gebruikers hebben daarna 30 kalenderdagen de tijd om bezwaar in te dienen bij de gemeente. Het dossier Verklaring Openbaar Nut en de bijhorende plannen liggen gedurende de periode van het openbaar onderzoek ter inzage op het gemeentehuis. Voor de inname van bebouwde percelen (of percelen waarop een pompstation, bufferbekken en/of een (kleinschalige) rioolwaterzuiveringsinstallatie wordt voorzien) organiseert Aquafin zelf het openbaar onderzoek. De betrokken eigenaars worden met een aangetekend schrijven op de hoogte gebracht van het openbaar onderzoek. Het dossier en de bijhorende plannen liggen gedurende de periode van het openbaar onderzoek ter inzage op het gemeentehuis, en kan eveneens geraadpleegd worden op de website van de betrokken gemeente en van Aquafin. Ook hier hebben de eigenaars 30 kalenderdagen de tijd om bezwaar in te dienen bij de gemeente of bij Aquafin. Hieronder vind je een overzicht van alle lopende openbare onderzoeken in het kader van een onteigeningsprocedure.

Alles over de wettelijke onteigeningsprocedure.

Wie bepaalt of er een collector of zuiveringsinstallatie komt?

De Vlaamse Milieumaatschappij maakt jaarlijks het programma op van de projecten die moeten worden uitgevoerd. Als de Vlaamse minister van Leefmilieu dat programma goedgekeurd heeft en de Vlaamse regering dit bekrachtigd heeft, worden de projecten aan Aquafin opgedragen.

Wie bepaalt waar er een collector of zuiveringsinstallatie komt?

Aquafin stelt een studiebureau aan, dat mogelijke inplantingplaatsen voor een waterzuiveringsinstallatie of trajecten voor een collector zoekt. In deze voorbereidende fase werkt Aquafin nauw samen met het gemeentebestuur, de gewestelijke administraties (ruimtelijke ordening, milieu, natuur-, land- en water - beheer, wegen en verkeer ...) en het provincie bestuur. Al in deze fase wordt de mogelijke hinder voor omwonenden en handelszaken in kaart gebracht. Aan het einde van deze voorstudie ligt de inplanting - plaats of het traject vast en wordt het bestek opgesteld. Dit technisch plan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Vlaamse overheid.

Houdt Aquafin bij de uitbesteding van de werken al rekening met de mogelijke hinder?

Aquafin stelt als bouwheer een bestek op met een precieze omschrijving van de werken. In het bestek zijn verschillende maatregelen opgenomen om de hinder voor de omwonenden en de weggebruikers zoveel mogelijk te beperken. De fasering van de werken gebeurt in overleg met het gemeentebestuur. Voor elke fase van de werkzaamheden wordt een omleidingsplan opgemaakt. De aannemer is verantwoordelijk voor het aanbrengen en onderhouden van een duidelijke signalisatie. Daarnaast wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met omwonenden en handelszaken maar ook met plaatselijke evenementen als wielerwedstrijden, jaarlijkse kermissen , ...

Wat is de rol van het gemeentebestuur bij de uitvoering van de werken van Aquafin?

Aquafin is verantwoordelijk voor de uitbouw van de bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur: de aanleg van prioritaire rioleringen, collectoren, pompstations en waterzuiveringsinstallaties. Dit gebeurt in nauw overleg met de gemeente in elke fase van een project. De gemeente is verantwoordelijk voor de uitbouw van het gemeentelijk rioleringsnet en moet toezien op de aansluiting van de huizen op de riolering. Collectorwerken worden dikwijls samen met rioleringsprojecten van de gemeente uitgevoerd. Aquafin en de gemeente zijn dan beide opdrachtgever van de werken. Vaak zal het gemeentebestuur van de gelegenheid gebruik maken om tegelijkertijd verfraaiingswerken uit te voeren: een nieuw wegdek, een veilig fietspad of de aanleg van groenperken. De tijdelijke ongemakken maken plaats voor een blijvende meerwaarde voor de buurt, waar wonen en werken een stuk aangenamer wordt.

Geeft een rioolwaterzuiveringsinstallatie geur- of geluidshinder?

Bij de inplanting van een rioolwaterzuiveringsinstallatie worden de onderdelen van de installatie die aanleiding zouden kunnen geven tot geur- of geluidshinder het verst verwijderd van de bebouwing geplaatst. Staat de installatie dicht bij woningen, dan kunnen afdekkingen of luchtbehandeling worden voorzien. Het geluid dat een zuiveringsinstallatie produceert, blijft vaak beperkt tot een zacht geruis van stromend en spattend water. Waar dit geruis de geluidsnorm zou kunnen overschrijden, worden bepaalde onderdelen overkapt of worden er geluidswallen opgetrokken.

Zal de nieuwe collector wateroverlast voorkomen of oplossen?

Het is praktisch en ook financieel onmogelijk om in alle omstandigheden (bv. bij hevige regenbuien) alle water te transporteren naar een waterzuiveringsinstallatie. Daarom worden in een klassiek rioleringsstelsel als noodoplossing op welbepaalde plaatsen overstorten gebouwd om bij hevige regen het risico op wateroverlast te beperken. Om wateroverlast efficiënt te bestrijden, dient dit vanuit een integrale visie te gebeuren. Aquafin is slechts een schakel in het geheel, naast vele andere verantwoordelijken.

Aansluitingen en afkoppelingen

Moet ik mijn huis aansluiten op de riolering?

In Vlaanderen moet iedere woning verplicht aangesloten worden op de openbare riolering als die aanwezig is. De kosten voor deze aansluiting zijn meestal ten laste van de huiseigenaar.

Aansluitingen moeten gebeuren volgens technische voorschriften en onder toezicht van de Technische dienst van jouw gemeente (waterdichtheid, diameter en ligging van de buizen).

Het is aan te bevelen regenwaterafvoer en afvalwater gescheiden aan te bieden, ook al is er in de straat (nog) geen aparte afvoer voor regenwater.

Bij de aanleg van een collector door Aquafin, legt de gemeente meestal wachtleidingen klaar op nog onbebouwde percelen en voor huizen die voordien nog langs achteren loosden. De straat moet dan niet meer worden opgebroken op het moment dat een huis op de riolering wordt aangesloten.

In principe moeten alle woningen en gebouwen hun afvalwaterleiding aansluiten op de straatriool. Een collector ligt meestal te diep om rechtstreeks op aan te sluiten. Wanneer je bouwt en er ligt geen wachtleiding, kan je toch rechtstreeks aansluiten op de infrastructuur van Aquafin. Hiervoor dien je een formele aanvraag te doen bij Aquafin. Na onderzoek krijg je, indien technisch mogelijk, de voorschriften en voorwaarden die moeten worden gevolgd bij een dergelijke aansluiting.
 

Moet ik regenwater en afvalwater apart afvoeren?

Als jouw gemeente en Aquafin een gescheiden stelsel voorzien om afval- en regenwater apart af te voeren ben je wettelijk verplicht jouw afvalwater onverdund te lozen door het regenwater af te koppelen. Wat je met het regenwater moet doen, wordt ook bepaald door de wetgeving. In eerste instantie kan je het opvangen in een regenwaterput of -ton en hergebruiken voor alle toepassingen die geen drinkwater vereisen, zoals het sproeien van de tuin of het doorspoelen van het toilet. Dit levert voor jou ineens een economisch voordeel op doordat je bespaart op jouw drinkwaterfactuur.

Als tweede alternatief kan je het plaatselijk laten infiltreren in de bodem. Dit komt de natuurlijke grondwaterspiegel ten goede. Een andere mogelijkheid is buffering met vertraagde afvoer naar oppervlaktewater zoals een vijver of beek. Slechts als laatste optie is de aansluiting op het regenwaterstelsel in de straat toegelaten. Voor meer informatie over eventuele subsidies voor de afkoppeling en hergebruik van regenwater kan je terecht bij jouw gemeente.

Het is goedkoper de afkoppelingswerken uit te voeren wanneer de stoep openligt en de aannemer op het terrein is. De aansluiting van het afvalwater gebeurt in regel door de aannemer van de werken. Als hergebruik of infiltratie van het regenwater niet mogelijk zijn, kan je aansluiten op het regenwaterstelsel in de straat. Dat herken je aan het ronde putdeksel met opschrift RWA (regenwaterafvoer). Putdeksels met het opschrift DWA dienen voor de afvoer van afvalwater (droogweerafvoer).

Sinds juli 2011 is een keuring van het private rioleringsstelsel verplicht bij elk woning langs het tracé waarbij de afkoppeling van regenwater verplicht is. Je dient een conform verklaring van deze keuring voor te leggen wanneer jouw drinkwatermaatschappij hierom vraagt.

Problemen met een installatie of de werken?

Ik heb problemen met mijn afwatering: toilet dat niet doortrekt, putjes die blijven volstaan etc. Wat moet ik doen?

Indien je problemen hebt met de afwatering zijn er meerdere mogelijkheden:

  • De verstopping kan op je privaat domein zitten. Er zijn enkele controles die je zelf kan doen om de oorzaak vast te stellen. Heb je bijvoorbeeld een septische put en zit deze niet vol, dan is de kans groot dat de verstopping in je eigen leidingen zit. In dat geval kan je best een ruimer inschakelen. Aquafin kan deze ruiming niet voor jou regelen.
  • De verstopping kan op openbaar domein zitten. Kan je in je eigen leidingen en putten geen oorzaak vaststellen, kijk dan eerst na wie je rioolbeheerder is via www.aquaflanders.be. Is dit Aquafin? Contacteer dan ons contactcenter via 03 450 45 45 of contact@aquafin.be. Onze medewerkers kunnen het plaatselijke technisch team langssturen om een eventuele verstopping op openbaar domein vast te stellen. Als zij aanwijzingen vinden voor een verstopping op openbaar domein zal Aquafin een oplossing voorzien. Indien zij niets kunnen vaststellen kan je best alsnog zelf een ruimer inschakelen om je eigen afvoerleidingen te laten ontstoppen.
In mijn straat is er een loszittend riooldeksel dat lawaai- en/of trillingshinder veroorzaakt. Kunnen jullie dit oplossen?

Kijk eerst na of het betreffende deksel van Aquafin is. De rioolbeheerder in je gemeente kan je opzoeken via www.aquaflanders.be. Je kan ook op het deksel zelf gaan kijken of er een logo en naam opstaan. Gaat het om een riooldeksel van Aquafin dan kan je dit probleem best melden via ons contactcenter (03 450 45 45 of contact@aquafin.be). Onze medewerkers sturen dan het plaatselijke technisch team langs om de hinder vast te stellen. Vaak kunnen zij tijdens hun interventie het probleem al oplossen. Voor ernstige defecten is een meer ingrijpende herstelling nodig die door Aquafin zal worden uitgevoerd.

Heb je schade?

Aquafin neemt vóór en tijdens de uitvoering van de werken de nodige maatregelen om schade te voorkomen. Indien je toch meent schade te hebben geleden door werken ten laste van Aquafin, neem je het best de volgende stappen:

  1. Breng de toezichter van Aquafin op de hoogte van jouw vaststelling.
  2. Verstuur een brief naar Aquafin, t.a.v. dienst Verzekeringen, Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar. Vermeld de geleden schade en voeg in bijlage een gedetailleerd en becijferd herstelbestek toe.
  3. Na ontvangst van de schademelding onderzoekt Aquafin of er een oorzakelijk verband is tussen de geleden schade en de Aquafin-werken.
  4. Indien er een oorzakelijk verband kan zijn met de Aquafin-werken en het gevraagde bestek overhandigd werd, doet Aquafin aangifte bij zijn verzekeringsmakelaar die een expert gelast en een expertisevergadering belegt bij de schadelijder. De schade, het oorzakelijk verband en de omvang van de schade worden met alle betrokken partijen besproken. Het schadegeval wordt nadien afgehandeld in functie van de vaststellingen en de op de expertisevergadering gemaakte afspraken.
  5. Indien er geen oorzakelijk verband is met de Aquafin-werken, zal de expert of Aquafin de schadelijder hierover duidelijk informeren.

Vragen over IBA?

Hoe weet ik of ik een IBA moet plaatsen?

Bijna iedere gemeente heeft sinds kort een zoneringsplan. Dit plan bepaalt hoe het huishoudelijk afvalwater van elke wijk, straat of woning zal worden gezuiverd. Naast het centrale gebied en het collectief geoptimaliseerde buitengebied waar de woningen reeds aangesloten zijn op een openbare waterzuiveringsinstallatie, onderscheidt het zoneringsplan nog twee zones. Een collectief te saneren buitengebied, waar door middel van een riolering een gescheiden stelsel zal worden aangelegd, en een individueel te optimaliseren buitengebied. In deze laatste zone dient door middel van een IBA het huishoudelijk afvalwater te worden gezuiverd. Het zoneringsplan kan je in het gemeentehuis raadplegen of via het geoloket van de Vlaamse Milieumaatschappij op: https://www.vmm.be/data/zonering-en-uitvoeringsplan

Kunnen verschillende woningen een gezamelijke IBA plaatsen?

In de methodologie verstaat men onder een IBA een zuivering voor één woning. In een aantal gevallen kunnen een aantal woningen, die moeten worden uitgerust met een IBA, wel vlakbij elkaar liggen. In deze gevallen kan dan gekozen worden voor een gezamenlijke IBA voor een aantal woningen. Er is sprake van een IBA voor systemen die het afvalwater van minder dan 20 inwoners zuiveren. Rekening houdend met een gemiddelde van 2,5 inwoners/woning, komt dit neer op een 8-tal woningen. Systemen vanaf een capaciteit van 20IE (inwonersequivalenten) worden gecatalogeerd onder een kleinschalige waterzuiveringsinstallatie (KWZI) en behoren tot de collectieve zuivering. Deze laatste worden niet als een afzonderlijke groep weergegeven op het zoneringsplan.

Hoe werkt een IBA?

De systemen voor de individuele behandeling van afvalwater bestaan in allerlei vormen en materialen, maar de werkingsprincipes zijn steeds dezelfde. Er vinden fysische processen plaats zoals bezinking en filtratie; er vinden chemische processen plaats zoals fosfaatbinding en er vinden biologische processen plaats. De IBA-systemen zijn zo geconstrueerd dat de verschillende processen optimaal kunnen verlopen. De biologische processen zijn dezelfde als deze die in de vrije natuur voorkomen. In deze processen gebruiken kleine levende organismen de stoffen uit het afvalwater voor hun eigen levensprocessen. Door omstandigheden te creëren waarin de organismen worden gestimuleerd, kan het zuiveringsrendement van de IBA worden opgevoerd tot boven de 90%.

Wie controleert de goede werking van de IBA?

In principe kan de gemeente of de rioolbeheerder een controle uitvoeren op de kwaliteit van het geloosde afvalwater. Particulieren die hun IBA zelf beheren, dienen om de vijf jaar een attest aan de gemeente te vragen om een vrijstelling te krijgen van de bovengemeentelijke en eventueel van de gemeentelijke saneringsbijdrage. Op dat moment kan de gemeente een controle uitvoeren van de installatie. IBA’s die door de gemeente of een intercommunale worden beheerd, zullen door deze instanties ook regelmatig worden gecontroleerd, doch wettelijk blijft de verantwoordelijkheid voor wat het naleven van de lozingsnormen bij de burger.

Waar kan het gezuiverde afvalwater naartoe?

Gezuiverd afvalwater mag naar het oppervlaktewater (gracht, waterloop) of indien er geen oppervlaktewater in de omgeving is, kan het rechtstreeks in de bodem geïnfiltreerd worden. Infiltratievoorzieningen zijn zinkputten, infiltratiekanalen, infiltratiebekkens of opgehoogde infiltratiebedden. Eventueel is een terugslagklep in de effluentleiding nodig om terugvoer van oppervlaktewater (bij hoge waterstanden) te voorkomen. Lozing in een baangracht impliceert zeer vaak het gebruik van een pompput omdat de effluentleiding meestal te diep zit.

Waar kan ik best mijn IBA plaatsen?

Afhankelijk van de terreinkenmerken en de wensen van de eigenaar/gebruiker wordt de inplantingsplaats bepaald. De inplanting van de IBA zal in voorkomend geval tevens bepalend zijn voor de inplanting van de septische put, de besturingskast, de pompput, het infiltratiesysteem enz.. Het is belangrijk bij de keuze van de inplantingsplaats rekening te houden met volgende aspecten:

  • De IBA, en in voorkomend geval de septische put, moeten te allen tijde bereikbaar zijn voor onderhoud en slibruiming en worden best zo dicht mogelijk bij de vervuilingsbron geplaatst.
  • Omwille van de stabiliteit en de mogelijkheid om het onderhoud vlot te kunnen uitvoeren mogen IBA’s niet te diep ingegraven worden (afhankelijk van het materiaal maximum 0,50 tot 1 meter diepte). Niveauverschillen in het terrein kunnen soms aangewend worden om de installatie minder diep te plaatsen en eventueel een influentpomp uit te sparen.
  • De inplanting van de IBA onder een oprit of verharding impliceert een hogere verkeersklasse van de bekuiping en de nodige voorzieningen naar spreiding van de lasten, zoals het aanvullen met gestabiliseerd zand en het plaatsen van een betonnen verdeelplaat boven de installatie (vooral bij kunststofsystemen). 
  • De besturingskast, al of niet met luchtpompje, dient zo dicht mogelijk bij de IBA te worden geplaatst (maximum 5 m). Hou rekening met eventuele trillingen, geluidshinder, esthetische waarden, bereikbaarheid,…
  • In geen geval mag de IBA geplaatst worden in een dieptepunt waar overstromingsgevaar is.
  • Bij lozing van het effluent in een infiltratiesysteem zal men rekening moeten houden met de nodige ruimtebehoefte. De afstand tussen de IBA en het infiltratiesysteem heeft weinig invloed.
Moet het regenwater volledig afgekoppeld worden?

De totale afkoppeling van niet vervuild hemelwater, zoals van daken, opritten en terrassen, is verplicht voor de goede werking van de installatie. Hemelwater zorgt immers niet alleen voor een te sterke verdunning van het afvalwater maar veroorzaakt slibuitspoeling bij zware regenval.

Wat is telemetrie?

Op de PLC (mircoprocessor) van de IBA wordt een modem geplaatst, die via een GSM-signaal meldingen kan doorsturen naar de alarmcentrale. De betrokken technieker kan ook op afstand aanpassingen doorvoeren in het besturingssysteem van de installaties.

Moet ik een septische put plaatsen voor mijn IBA?

Dit is voor bepaalde installaties niet strikt noodzakelijk (wel voor percolatierietvelden en cocosbiobedden). Toch is het raadzaam om er een te plaatsen omwille van de uitbreiding van de slibstockage en om mogelijke toxische lozingen te verdunnen. Daar zowel het zwart water (toiletten) als het grijs water (keuken, badkamer, klokputjes enz.) samen naar de septische put of de IBA afvoeren en bijgevolg alle afvalwaterstromen aan elkaar verbonden zijn, is het noodzakelijk op de afvoerleidingen van grijs water een sifonputje te plaatsen. Bij sommige gemeentes is een septische put verplicht!

Kan ik als particulier een subsidie krijgen voor de aanleg van een IBA?

De nieuwe gewestelijke subsidieregeling bepaalt dat enkel gemeentebesturen en intercommunale rioolbeheerders een subsidie kunnen krijgen van 2.250 euro per IBA indien zij zelf de aankoop en de exploitatie voor hun rekening nemen. Dit betekent dat IBA’s aangekocht en geëxploiteerd door particulieren niet meer subsidieerbaar zijn. Wel kan er eventueel nog een gemeentelijke subsidie worden gegeven. Gemeentebesturen die de aanleg en de exploitatie van IBA’s in eigen beheer of door een intercommunale uitvoeren geven geen subsidie.

Moet ik nog een saneringsbijdrage betalen als ik een eigen IBA heb?

Indien de IBA aangekocht en geëxploiteerd wordt door de burger, kan deze een vrijstelling aanvragen voor de bovengemeentelijke saneringsbijdrage. In sommige gemeenten kan er ook een vrijstelling aangevraagd worden voor de gemeentelijke saneringsbijdrage. IBA’s aangekocht en geëxploiteerd door de gemeente of door intercommunale rioolbeheerders worden vrijgesteld van de bovengemeentelijke saneringsbijdrage, maar de gemeente kan in dat geval dan wel de gemeentelijke saneringsbijdrage verhogen. Wanneer de gemeente of rioolbeheerder dus instaat voor de plaatsing en het onderhoud van de IBA kan maximaal maar evenveel gevraagd worden als het maximum dat de burgers die aangesloten zijn op de riolering betalen.

Zal ik geurhinder hebben?

Doorgaans zal je geen geurhinder ondervinden, maar het is raadzaam het grijs water aan te sluiten op een extra sifonput (ook 'vetvanger' of 'dubbele schepput' genoemd). Deze toezichtput is voorzien van een waterslot of sifonfunctie dat belet lucht te laten ontsnappen vanuit de voorbezinker of IBA.

Toch geurhinder? Mogelijke oorzaken:

  • Klokputje(s) of sifon(s) die droog staan.
  • Een oudere binnen- of buitenriolering kan mogelijk problemen geven na plaatsing van een IBA.
    Bijvoorbeeld een oudere gres buis, slechte aansluiting of dichting ... kunnen geurhinder veroorzaken, omdat lucht via deze oudere aansluiting kan ontsnappen.

 

Een rooktest kan uitwijzen waar de oorzaak ligt. Indien mogelijk dient het grijs water steeds afzonderlijk te worden aangelegd. Bij bestaande woningen kan dat niet altijd of is de realisatie moeilijk haalbaar om technische of financiële redenen. Een ontluchting wordt geplaatst waar men het minst hinder zal ondervinden, niet ter hoogte van een terras of raam

Hoe vaak moet mijn voorbezinker en/of waterzuiveringsinstallatie geruimd worden?

De ruimingsfrequentie van de voorbezinker / septische put hangt af van verschillende factoren

  • Hoeveel personen hiervan gebruik maken
  • De inhoud van de (bestaande) septische put of voorbezinker (hoe groter, hoe minder frequent te ruimen)
  • De samenstelling van het afvalwater

Algemeen moet de waterzuiveringsinstallatie om de vijf a zeven jaar geruimd worden, indien een degelijke voorbezinker aanwezig is.

Wat is het energieverbruik van mijn waterzuiveringsinstallatie?

Elke installatie heeft naargelang het type een blower en elektrische componenten. Deze worden min of meer berekend volgens de capaciteit van de blower wat de grootste verbruikerspost is. De energiekost komt neem op een kostprijs van +/- 50€ op jaarbasis.

Moet ik mijn productgebruik aanpassen als ik een IBA heb?

De gebruiker koopt best biologisch afbreekbare huishoudelijke reinigingsmiddelen. Kleine hoeveelheden onschadelijke huishoudelijke niet of slecht biologisch afbreekbare producten mogen wel in de installatie geloosd worden zoals detergenten voor de afwas, waspoeder voor de wasmachine en de vaatwasser, kleine hoeveelheden sanitaire reiniger, wasverzachter, ontkalker, waterverzachter, agressieve reinigingsproducten (bv. voor frituurpan),…

Volgende producten hebben een negatieve invloed op de zuiveringsprestaties en mogen niet geloosd worden in een IBA : regenwater, bleekwater, agressieve ontstoppers, verf en spoelwater van verf, white spirit, thinner, motorolie, producten voor ontwikkeling van foto’s, niet afbreekbare hygiënische doekjes, desinfecterende middelen (bv. Dettol), tampons, maandverband, condooms, luiers, zuren, geneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen (bv. pesticide), karton, plastiek, … alle niet afbreekbare stoffen, overvloedig veel haren van mens en dier, etensresten, plantaardige of dierlijke oliën of vetten van frituurpan, inhoud van chemische wc, giftige producten.

Wie betaalt de IBA?

De Vlarem-wetgeving voorziet dat de burger verantwoordelijk is voor de zuivering van zijn afvalwater indien de woning op het zoneringsplan gelegen is in het individueel te optimaliseren buitengebied. Woningen die niet voorkomen op het zoneringsplan worden ook automatisch toegekend aan het individueel te optimaliseren buitengebied. Dit betekent dat in dat geval de financiering van de aankoop, de plaatsing en het onderhoud van de IBA ten laste is van de burger. Verschillende gemeenten en intercommunale rioolbeheerders zijn er echter van overtuigd dat die verantwoordelijkheid niet bij de burger mag liggen en nemen zelf het initiatief om de IBA’s te plaatsen en te beheren

Ik heb een probleem met mijn IBA, wat te doen?

Kijk eerst even of je IBA door Aquafin is geplaatst. Als dat zo is, dan vind je een zelfklever met ons telefoonnummer 03 450 45 45 op de elektrische kast van je IBA. Je kunt ook een mail sturen naar contact@aquafin.be. Beschrijf dan beknopt het probleem en voeg je adres, telefoon- en/of gsm-nummer toe. Nadat je het probleem hebt gemeld, zorgen we ervoor dat een technicus de IBA komt nakijken en herstellen als dat nodig blijkt.

Wie moet ik contacteren om een IBA te laten plaatsen / een afkoppelingsstudie te doen?

De eerste vraag die je je moet stellen is: “wie is de rioolbeheerder in mijn gemeente?”. Dat kom je te weten op de website van Aquaflanders (www.aquaflanders.be). Neem daarna contact met je rioolbeheerder, hij helpt je dan verder.

Zelf werken uitvoeren?

Hoe diep moet ik aansluiten op de riolering?

In de meeste gemeenten en steden mag je niet zelf aansluiten. Je moet de rioolaansluiting laten uitvoeren door de beheerder van het rioolstelsel. Wie de rioolbeheerder is in jouw gemeente, kom je te weten op de website van Aquaflanders (www.aquaflanders.be). Na je aanvraag, ontvang je alle praktische richtlijnen waarmee je rekening moet houden zoals de diepte, ligging, diameter van de aansluiting en de hellingsgraad.

Wie onderhoudt de gracht in mijn straat?

Grachten vervullen een belangrijke rol in de waterhuishouding. Voor een goede berging en doorstroming van het water is regelmatig onderhoud belangrijk. Dit gebeurt meestal door de rioolbeheerder van jouw gemeente of stad. Dat kom je te weten op de website van Aquaflanders (www.aquaflanders.be).

Zal ik lawaaihinder ondervinden?

Voor de individuele waterzuivering staat het luchtpompje voor de beluchting van de installatie opgesteld in een vrijstaande dubbel geïsoleerde elektrische besturingskast. Bij absolute stilte kan je een zacht zoemend geluid waarnemen. Je vermijdt dus best de plaatsing bij een slaapkamer (raam) of terras. Hang de kast ook nooit tegen een muur, dit om trillingen te vermijden.

Zelf water oppompen

Ben ik verplicht een debietsmeting te voorzien?

Sinds 1 januari 2010 moet elke vergunde of gemelde grondwaterwinning uitgerust zijn met een debietmeting en registratie van de opgepompte hoeveelheid grondwater (Programmadecreet, BS 30/12/2009). De meetgegevens afkomstig van deze officiële debietsmeting kunnen gebruikt worden om de geloosde debieten aan te tonen en laten toe dat Aquafin exploitatiekosten nauwkeuriger kan berekenen.

Heb ik voor een lozing op een RWA-leiding ook een toelating van Aquafin nodig?

Indien de lozing gebeurt op een RWA-leiding of een andere afvoer uitsluitend bestemd voor regenwater, is er geen toelating van Aquafin nodig.

Welke kosten kan Aquafin doorrekenen voor de lozing van bemalingswater?

Hoewel bemalingswater nauwelijks of geen bijkomende vuilvracht met zich meebrengt, impliceert deze bijkomende verdunning toch een meerkost voor Aquafin. Enerzijds moet het water verpompt worden naar de rioolzuiveringsinstallatie en tussen de verschillende installatieonderdelen. Anderzijds krijgen de rioolwaterzuiveringsinstallaties normen opgelegd die een zeker verwijderingspercentage van de vuilvracht vereisen. Verdunning van het afvalwater verhoogt de kosten om dit verwijderingspercentage te behalen. Het bijkomende debiet kan trouwens ook een ecologische impact hebben. Als de bergingscapaciteit van het rioleringsstelsel wordt ingenomen door het bemalingswater, dan zal het teveel aan water uit het stelsel ontsnappen via overstorten, die meestal rechtstreeks in het oppervlaktewater terechtkomen.

Hoe worden de verwerkingskosten berekend?

De werkelijke kost van een lozing is afhankelijk van de locatie en de omstandigheden van de lozing. De berekening is dan ook zeer complex. Daarom wordt de vergoeding berekend overeenkomstig de heffingsformule (meer info: www.vmm.be/heffingen).

Ik betaal verwerkingskosten aan Aquafin, waarom moet ik dan nog een heffing betalen?

De contractuele verwerkingskosten zijn verbonden aan de behandeling van het geloosde bemalingswater op de openbare riolering en worden rechtstreeks door Aquafin aangerekend. De heffing is verankerd in de milieuwetgeving en bijgevolg dient voor elke heffingsplichtige bemaling een aangifte te gebeuren. Bij een correcte afhandeling van de verwerkingskosten via Aquafin, wordt deze kost in mindering gebracht van de wettelijk voorziene heffing.

Werken in beeld gebracht

Video's

Beelden zeggen vaak meer dan woorden. Hieronder vind je een aantal filmpjes met algemene informatie over de werken die Aquafin uitvoert in jouw buurt.

Aquafin: rioleringswerken
Aquafin: rioleringswerken